Niet raar, wel anders
Ik sta altijd aan, en jij?
Als je me beter zou kennen…
Soms vinden mensen mij confronterend, te direct of veel te kritisch. Maar wie me echt leert kennen, merkt vaak dat ik eigenlijk best meeval.
Ik wil je hieronder uitleggen hoe ik de wereld soms net iets anders ervaar dan jij. Dit is overigens niet echt een keuze waar ik grip op heb. Dat is trouwens niet raar, het is gewoon hoe mijn hoofd werkt. Misschien herken je in mijn verhaal zelfs wel dingen van jezelf of van anderen in wat ik beschrijf.
Altijd 'aan' of ik slaap
Mensen denken vaak dat ik altijd maar aan het werk ben en nooit rust neem. Maar in mijn hoofd is het vaak alles of niets: óf ik sta volledig 'aan', óf ik slaap. Dat constante ‘aan’ staan is soms vermoeiend (leg ik hieronder nog uit), maar het is ook gewoon hoe ik dus ben.

Ik zie de wereld net even anders - Arjan Spannenburg
Hoe mijn brein informatie verwerkt
Mijn hersenen werken als een supergedetailleerde scanner: ik neem alle details waar. Waar anderen filteren, komt bij mij alles binnen. Dat betekent dat ik razendsnel veel informatie moet verwerken en vaak logisch moet analyseren wat ik zie of hoor.
Ik reageer dus vaak niet automatisch of op gevoel. Voor veel situaties maak ik onbewust eerst een hele analyse. Dit is alsof er een beslisboom afgaat in mijn hoofd, waar anderen gewoon direct handelen.

Koetjes en kalfjes
Small talk, zoals over het weer praten of vragen hoe het weekend was, voelt voor mij vaak zinloos. Natuurlijk begrijp ik dat het voor veel mensen een vorm van sociaal contact is, maar voor mij kost het vaak meer moeite. Vooral met onbekende mensen moet er ik bewust over nadenken, wat dan weer extra energie kost.
Bovendien neem ik vragen letterlijk. Als je zegt “alles goed?”, dan denk ik niet automatisch “ja hoor”, maar weeg ik de dingen af. En nee, alles is zelden helemaal goed. In Nederland bijvoorbeeld het weer alleen al niet. En als ik zie hoeveel dingen op mijn werk soms stroperig of traag gaan, of hoe ik in de ochtend in de file stond. Nou ja niet alles is dus zomaar goed. En zelfs ondanks dat ik weet hoe de vraag bedoelt is, loop ik hier dus automatisch toch op vast.
Ik houd overigens wel van gezelligheid, maar voel me er vaak ook ongemakkelijk. Veel prikkels, veel onzekerheid, en een hoofd vol gedachten maken dat het mij energie kost, ook al zie ik er misschien ontspannen uit. Dus mocht je denken dat ik ongeïnteresseerd ben, het tegendeel is waar. Ik loop dan waarschijnlijk dus even vast in allerlei afwegingen.
Verhalen delen en details
Als ik een verhaal vertel, wil ik je het volledige plaatje geven. Dat betekent: veel details, verbanden en context. Voor jou kan dat misschien als een monoloog of als “teveel informatie” voelen. Voor mij voelt het alsof ik je tekortdoe als ik een situatie niet volledig uitleg. Tegelijkertijd probeer ik dan ook in te schatten hoe jij reageert, maar moet ik ook nog de aanvullende prikkels om me heen filteren. Daardoor wordt een gesprek soms een beetje een mentale puzzel. Vooral als het gaat over onderwerpen of materie waar ik geen kennis of mening over heb.
Niet raar
Ik ben dus eigenlijk best wel een mensen mens,
al komt dat soms op anderen anders over.
Gevoelsmens
Ik ben gevoeliger dan je in eerste instantie misschien denkt. Misschien zelfs wel overgevoelig, want ik voel heel goed aan hoe de sfeer ergens is of verandert als er iets gebeurt. Dat is overigens iets anders dan dat ik je ook kan aanduiden of uitleggen waarom ik dat voel.
Het delen van gevoelens gaat bij mij namelijk niet vanzelf. Ik praat echt veel makkelijker over feiten, interesses of maatschappelijke onderwerpen dan over hoe ik mij daar echt bij voel. Zou je daar naar vragen, dan heb ik inmiddels in sommige gevallen wel een bijna automatisch antwoord.
Ik kan dus prima over gevoelens praten, maar afhankelijk van het onderwerp heb soms meer tijd nodig om erover na te denken. Dan analyseer ik ze en vind ik vanzelf wel de juiste woorden. Het is in elk geval niet iets wat je spontaan moet verwachten.

Vreemden
Een groepje mensen aanspreken of zomaar een gesprek starten kost mij moeite. Mede omdat ik opgegroeid ben in een systeem waarin ik er nooit echt toe deed, en mensen weinig rekening met mij hielden, heb ik vaak het gevoel dat ik mensen tot (over)last ben. Nu weet ik dat dit vaak niet het geval is, maar mijn gevoel werkt dat dus tegen.
Het maakt mij dus vaak onzeker om op mensen af te stappen, zelfs als ik ze vagelijk ken. Als ik je echter moet benaderen voor werkgerelateerde zaken of voor een specifieke functie, dan is dit ineens helemaal geen probleem. Voor mij is dat echt veel makkelijker, maar voor de ander kan dit soms dus wel vreemd of ongeïnteresseerd over komen. Dit is echt zelden het geval, meestal ben ik juist heel erg geïnteresseerd in mensen (anders had je mij natuurlijk ook niet gezien).
Als jij iets vertelt over je weekend, ben ik bijvoorbeeld oprecht geïnteresseerd. Maar ik zal niet altijd even ver doorvragen, omdat mijn hoofd dan soms nog bezig is met het verwerken van wat je net zei. Daarnaast kan het zijn dat ik intern nog druk bezig ben om mijn eigen spanning te reguleren. Het is dus niet dat je me niet boeit, ik werk gewoon net iets anders.

Betrokkenheid
Loyaliteit zit bij mij diep. Als ik eenmaal een positieve band met je heb opgebouwd, dan blijft die voor mij bestaan ook als we elkaar een tijd niet hebben gesproken. Voor mij verandert er dan weinig: jij blijft gewoon jij, met wie ik ooit iets waardevols heb gedeeld.
Ik vergeet dat soort connecties niet zomaar. In tegendeel: ik draag ze met me mee. Vriendschap is voor mij niet afhankelijk van constant contact, maar van wederzijds vertrouwen en een gevoel van echtheid. Als jij ooit belangrijk voor me was, dan ben je dat nog steeds, of je moet het echt heel gek maken.
Voor vrienden ga ik door het vuur. Niet omdat ik dat moet, maar omdat ik dat wil. Werken bij Defensie heeft dat daar bovenop nog eens versterkt, want ook daar moet je vertrouwen op de mensen om je heen. Die vorm van loyaliteit is voor mij dus vanzelfsprekend, en komt recht uit mijn hart.
Als je me nodig hebt, ben ik er dus. Maar je zult dat niet misschien niet altijd zien aan een knuffel of een “wat erg voor je!”. Ik ben vaak praktisch ingesteld: ik denk mee, zoek oplossingen, analyseer en faciliteer. Mijn steun zit vaak in wat ik regel of oplos voor je, eerder dan in emotionele uitingen.
Dat is dus soms lastig voor jou, want soms wil je alleen je emotie of verhaal kwijt bij mij. Echter neem ik alle informatie op en zoek ik automatisch oplossingen, ook als je daar helemaal niet op zit te wachten. Wat jij nodig hebt, is niet altijd wat ik zelf prettig zou vinden, dus moet ik dat bewust beredeneren voor jouw situatie. Supersorry dus. Als je me overigens vertelt wat je nodig hebt, kan ik je daar dan vaak wel weer goed helpen. Ik voel dit alleen dus niet altijd automatisch aan.
Daarnaast neem ik soms (onbedoeld en ongewild) sterke emoties van anderen zelf over. Tegelijkertijd blijf ik in zulke situaties toch vaak nuchter en rationeel. Tegelijk ben ik dan druk bezig om je op jou probeer te richten en cijfer ik mezelf makkelijk weg, juist om ruimte voor de ander te maken. Ook dat is soms dus niet in balans, maar wel mijn manier om verbinding te zoeken.
Wel anders
Ik hoor je niet alleen,
ik zie ook wat je zegt.
Letterlijk
Ik neem taal vaak letterlijk. Als jij zegt: “Dat duurde een eeuwigheid”, dan denk ik letterlijk aan een eeuwigheid. Ik begrijp meestal heus wel wat je bedoelt, maar het eerste instinct is letterlijk. In mijn hoofd heb ik dan de eerste grappen of woordspelingen al gemaakt.
Woorden hebben voor mij dus een andere waarde. Als ik iets zeg, dan meen ik dat ook. En ik ga er vaak automatisch vanuit dat jij dat ook doet. Als jij zegt dat we volgende week woensdag wel even kijken, dan ben ik soms iets té goed van vertrouwen en verwacht ik dat we dat dan ook letterlijk doen. Dit terwijl jij bijvoorbeeld eigenlijk bedoelde te zeggen dat het geen prioriteit voor je heeft.
Maar inmiddels heb ik op basis van al mijn ervaringen ook voelsprieten ontwikkeld voor wanneer iets niet klopt. Zo merk ik bijvoorbeeld heel makkelijk als iemand iets achterhoudt of een spelletje speelt. Alleen raakt dat mijn vertrouwen en wordt ik daar geïrriteerd van, soms neem ik dan ook bewust afstand. Juist omdat ik ervan uitga dat iemand net zo eerlijk is.
Daarom ben ik ook uitermate slecht in spelletjes als “Weerwolven” of “Secret Hitler”. Het kost me enorm veel energie om te liegen en bedriegen EN tegelijk door nepgedrag heen te prikken. Ik geloof namelijk initieel mensen automatisch op hun woord.



